Afbeelding

Extinction Rebellion, Universiteit van Amsterdam, april 2019.

Foto: Extinction Rebellion, Universiteit van Amsterdam, april 2019. 

/ analyse

Jongeren willen de verbeelding weer aan de macht

In het kort:

  • Jongeren wanhopig en boos over de tikkende tijdbom van de klimaatcrisis
  • Niet alleen de natuur, ook de mens is ziek
  • Tijd om met de maakkracht van kunstenaars het bestaande systeem te veranderen

De maatschappelijke spanningen rond de klimaatcrisis lopen in Nederland op. Een beetje veranderen helpt niet meer. De systemen, die een doel op zich zijn geworden, lijken te zijn uitgewerkt en moeten op de schop. Want niet alleen de natuur, ook de mens is ziek. Maak ruim baan voor de kunstenaars en de designers, om met hun maakkracht nieuwe wegen in te slaan naar een wereld van verbinding, medemenselijkheid en authenticiteit.

Alle waarschuwingen van burgemeester, politie en openbaar ministerie ten spijt, maar zaterdag 28 januari gebeurde wat aangekondigd was: een blokkade van de A12 op de Utrechtsebaan in Den Haag door klimaatactivisten. Het waren de intrinsiek gemotiveerde aanhangers van Extinction Rebellion, de organisatie die met veel publiciteit genererende acties aandacht vraagt voor de exploitatie en de vernietiging van de aarde. Volgens Extinction Rebellion rest ons nog maar een paar jaar om de destructieve gevolgen van klimaatverandering tegen te gaan. Tegen de achtergrond van die existentiële uitdaging is het begrijpelijk dat de actievoerders zich niet meer door dreigementen van boetes en gevangenisstraffen door de overheid laten intimideren.

Vanuit het perspectief van jongeren is er ook niet bijster veel te verliezen: zij stellen dat Moeder Aarde in acute nood verkeert. Dat vindt wereldwijd maar liefst 70 procent van de jongeren onder de 18 jaar, zo citeerde Jan Rotmans, hoogleraar duurzame transitie, uit een onderzoek van de Universiteit van Oxford en de Verenigde Naties onder 1.2 miljoen mensen in vijftig landen. Uit het onderzoek blijkt dat zowel de wanhoop als de boosheid bij jongeren explosief toeneemt – tekenen die erop wijzen dat de stemming komende maanden en jaren stevig verhit kan raken.

In Nederland is de bezorgdheid zo mogelijk nog groter dan in de rest van de wereld: 80 procent van de jongeren maakt zich grote zorgen over klimaatverandering en meer dan de helft wil een concrete aanpak van de problemen. Motivaction stelde op basis van eigen onderzoek dat jongeren zich machteloos voelen over de trage aanpak door overheid en bedrijfsleven. Machteloosheid kan, zoals nu al het geval is, omslaan in depressie en andere psychische stoornissen. Dat heeft niet alleen met de klimaatproblemen te maken, maar óók met de zeer hoge prestatiedruk die zij ervaren. Dat laatste speelt zich af op het werk (gebrek aan mensen), studie (hoge opgebouwde schulden), beperkt toekomstperspectief (niet beschikbare en/of onbetaalbare woningen) en sociale media die aanhoudend aandacht vraagt en sociale druk geeft.

Zowel de natuur als de mens is ziek  

Onze samenleving is ernstig ziek, dat maakt de kwetsbare gemoedstoestand van jongeren wel duidelijk. Oorzaak: een op efficiency gericht systeem, waarin de systeemwaarden zwaarder (zijn gaan) wegen dan de waarden van de betrokkenen. Systeemlogica noemt men dat: systemen zijn niet langer een middel, maar een doel geworden – met als gevolg dat jongeren, maar ook lager opgeleiden en minderheden dreigen te worden vermalen in de logica van die systemen.

De wereldberoemde arts en trauma- en verslavingsdeskundige Gabor Maté stelt dat het paradigma van onze Westerse wereld is dat lichaam en geest zijn gescheiden, alsook mens en natuur. Het gevolg daarvan is dat er sprake is van veel te veel haast en druk in de samenleving. Dit veroorzaakt een combinatie van fysieke en emotionele malaise, welke samenhangt met trauma’s, stress en de druk van het moderne leven op onze gezondheid. Artsen kijken niet meer op een holistische wijze naar hun patiënten en schrijven na een afgemeten anamnese medicijnen voor, die vrijwel zonder uitzondering corticosteroïden als ingrediënt hebben en juist het stress hormoon stimuleren, stelt Maté.

Het is volgens hem het (aandelen)kapitalisme, en vooral ook het materialisme, dat het lichaam en het immuunsysteem aantast. ‘Dat is een normale reactie op abnormale gebeurtenissen’, zegt hij in de documentaire The Wisdom of Trauma en schrijft hij in zijn boekDe mythe van normaal. Het valt volgens hem niet meer te ontkennen: zowel de natuur als de mens is ziek, ernstig ziek. Een eindpunt is dan ook bereikt. We moeten terug naar de oude waarden van vertrouwen, wederkerigheid, aandacht en onthaasting – of zoals Gabor Maté schrijft: ‘de sleutel tot herstel ligt in verbinding, medemenselijkheid en het omarmen van authenticiteit.’

Verbeelding aan de macht

De machteloosheid die jongeren voelen bij de grote uitdagingen en crises van onze tijd maakt dat we een volledig andere denk- en werkwijze nodig hebben, en daarmee ook tot een ander systeem moeten komen, zoals Maté suggereert. Daar hebben we creatieven voor nodig, zoals kunstenaars en ontwerpers. Deze makers werken vanuit een empathische, betrokken houding en willen “mensen-waarden” in tegenstelling tot “systeemwaarden” leidend laten zijn. Het zijn professionals die vaak een kritische rol spelen in de samenleving en gewend zijn om tegenkracht te bieden. Zij voelen zich doorgaans ook comfortabel bij een hoge mate van complexiteit. Het ‘niet weten’ schrikt hen niet af, integendeel, ze zijn in staat om te werken in een complexe en veranderende context.

Dat is de boodschap van Tabo Goudswaard en Jetske van Oosten, oprichters en lid van de Sociaal Creatieve Raad, in hun inspirerende boek Maakkracht. Daarin pleiten zij voor de inzet van creatieve makers die met hun verbeeldingskracht misstanden en vastgelopen systemen kunnen en durven aankaarten en blijvende verandering kunnen bewerkstelligen. Verbeelding aan de macht, schreef men in 1968 tijdens de studentenrevolutie op de muren van de Franse hoofdstad Parijs –  ruim een halve eeuw later klinkt die hartekreet weer luid en duidelijk door.

Foto: Extinction Rebellion, Universiteit van Amsterdam, 18 april 2019. Bron: Catharina Gerritsen/ Flickr.