Afbeelding
Straatbeeld Amsterdam. Foto: Wies van Lotringen
Straatbeeld Amsterdam. Foto: Wies van Lotringen
De arbeidsproductiviteit in Nederland is in 2023 met meer dan 1,3% gedaald. Dat is de een na grootste daling in 50 jaar. Alleen in 2009 was tijdens de financiële crisis de daling van de arbeidsproductiviteit groter, namelijk 2,2%.
Die daling is opvallend, aangezien Nederland de afgelopen decennia één van de meest productieve landen ter wereld is. Bijna nergens ter wereld worden zoveel goederen en diensten per uur geproduceerd. Maar de groei van die productiviteit neemt wel af: van 1974 tot 2013 groeide de arbeidsproductiviteit gemiddeld met 1,5% per jaar, in de tien jaar daarna nog maar met 0,4 procent per jaar.
Arbeidsproductiviteit is essentieel, omdat het de enige bron van welvaartsgroei is in Nederland, waarschuwt Peter Hein van Mulligen, de hoofdeconoom van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Het inkomen per hoofd van de bevolking is nu ruim vijf keer zo hoog als vlak na de Tweede Wereldoorlog. Dat is vrijwel geheel te verklaren uit het feit dat we productiever zijn gaan werken. Slechts een deel komt doordat we iets meer uren zijn gaan werken.
Als we de publieke diensten, zoals van zorg, onderwijs en infrastructuur willen behouden, dan zijn daar grote investeringen voor nodig, ondermeer als antwoord op de klimaatveranderingen. Dat houdt in dat we een hogere arbeidsproductiviteit nodig hebben, middels innovatie of meer werken. Gelet op de krapte op de arbeidsmarkt, alsook de groeiende wens onder jongeren om minder uren per week te werken, lijkt de oplossing vooral te liggen in automatisering en/of robotisering.
Dat de groei van de productiviteit zoveel lager is in Nederland is deels te verklaren uit het feit dat het een natuurlijk fenomeen is. Hoe productiever je bent, des te lastiger is het om nog efficiënter te worden, stelt Van Mulligen. Daarnaast is het belang van minder productieve bedrijfstakken, zoals de zorg, toegenomen, en het aandeel van hele productieve bedrijfstakken, zoals de industrie, juist kleiner geworden.
Opvallend is dat Nederland achterop raakt bij andere rijke landen, zelfs in de Europese Unie. Deels komt dat door incidentele oorzaken zoals het krimpen en stopzetten van de gaswinning, maar ook in veel andere bedrijfstakken is de groei afgenomen. Hoe dat kan, en wat er aan te doen valt, is misschien wel de belangrijkste economische kwestie van dit moment.
De laatste tien jaar groeide de arbeidsproductiviteit in Nederland minder dan het gemiddelde van de Europese Unie. Vijf landen hadden een lagere groei of zelfs een krimp van de arbeidsproductiviteit. De overige landen hadden een hogere groei van de arbeidsproductiviteit. In Ierland groeide de arbeidsproductiviteit het sterkst, met gemiddeld 5 procent per jaar. In Luxemburg kromp de arbeidsproductiviteit met gemiddeld 0,4 procent per jaar.
De arbeidsproductiviteit van de totale economie is de toegevoegde waarde per gewerkt uur. De productiviteit kan worden verhoogd door bijvoorbeeld de inzet van beter opgeleid of meer ervaren personeel, meer machines of door innovatie. Binnen de dienstverlening is over het algemeen sprake van minder arbeidsproductiviteitgroei omdat het bij in deze bedrijfstakken lastiger is om technologie en innovatie toe te passen. Daarnaast is het aandeel van dienstverlenende sectoren in Nederland steeds groter geworden.
Wil je op de hoogte blijven van nieuwe analyses en opiniestukken, podcasts en boekentips? Schrijf je dan in voor de tweewekelijkse nieuwsbrief.