De klimaatverandering zal grote gevolgen hebben in Nederland. Dat stelt het KNMI op basis van de nieuwste klimaatscenario’s. Uit het onderzoek blijkt dat zelfs in de meest optimistische scenario’s de veranderingen groot zullen zijn.
Zo worden de zomers in Nederland droger en de winters natter. Zowel de temperatuur als de zeespiegel zal stijgen. In de scenario’s die met een hoge C02-uitstoot rekening honden. zijn de gevolgen voor het klimaat veel groter dan wanneer de uitstoot van broeikasgassen snel omlaag gaat, zoals de regering beoogt.
Aantal zomerse dagen stijgt fors
De nieuwste KNMI-klimaatscenario’s zijn verrijkt met kennis uit het meest recente rapport van het VN-klimaatpanel IPCC en is als zodanig vertaald naar de situatie in Nederland. De opwarming van de aarde gaat gepaard met warme zomers in Nederland, hetgeen een gevolg zal zijn van uitdrogende bodem, terwijl er ook vaak sprake zal zijn van oostenwind, die warme droge lucht aanvoert. Het aantal zomerse dagen met meer dan 25 graden zal sterk toenemen. Volgens het KNMI zal dat gaan van gemiddeld 25 zomers dagen nu naar 40 warme dagen in de zomer.
Bij ieder van de vier klimaatscenario is gekeken naar gevolgen van de opwarming van de aarde in de jaren 2050, 2100 en 2150. Het gaat bijvoorbeeld om de extremen in neerslag en temperatuur, zonnestraling, verdamping, droogte en wind en zeespiegelstijging. ‘De opwarming van Nederland is het grootst op de warmste zomerdagen en de koudste winterdagen’, schrijven de opstellers van het rapport. In de toekomst zullen hittegolven vaker voorkomen, en langer duren. Als de uitstoot hoog blijft, zal de thermometer vaker 40 graden aangeven.
Zeespiegelstijging wordt serieus
In de zomer is de opwarming het grootst. Dat komt mede doordat de bodem uitdroogt, en doordat er vaker oostenwind zal zijn, die warme, droge lucht aanvoert. Het aantal zomerse dagen, met 25 graden of meer, stijgt flink. Nu is dat aantal in De Bilt 28 per jaar, en dat neemt toe tot veertig zomerse dagen per jaar in de lage-uitstoot-scenario’s. Bij een hoge uitstoot worden het er naar verwachting 49 in het jaar 2050 en 89 in 2100; een ruime verdriedubbeling dus aan het eind van deze eeuw.
Eén van de belangrijke gevolgen van de klimaatverandering is een voor Nederland belangrijke zeespiegelstijging. De stijging zal zich versnellen van 1,8 millimeter per jaar in de periode 1890 – 1993 naar 2,99 millimeter in de periode 1890-1993 tot 2,9 millimeter per jaar in de periode 1993-2021. Echt serieus wordt het aan het einde van deze eeuw. Dan zal de stijging in het lage-uitstoot-scenario 26 tot 73 centimeter bedragen, tegenover 59 tot 124 centimeter in het hoge scenario.
Veel draait om ijskappen
Alléén als de ijskap van Antarctica al vóór 2100 instabiel wordt, aldus het KNMI, kan de bovengrens van zeespiegelstijging rond 2100 oplopen tot 2,5 meter. Maar die kans is heel klein. De wereld is immers al flink bezig met klimaatbeleid. Tegelijk zijn er nog veel onzekerheden. Zo wordt de extra impact van dooiende permafrost, die leidt tot meer broeikasgassen in de atmosfeer, nog niet volledig meegenomen in de klimaatmodellen.
Overigens gaat de zeespiegelstijging nog een tijd door, ook als de uitstoot nu direct zou stoppen. Dat komt doordat ijskappen traag reageren op het veranderende klimaat. Daardoor zullen ze verder smelten, ook als er geen verdere temperatuurstijging is.
Orkanen
De eilanden Bonaire, Sint-Eustatius en Saba – dat drie gemeenten van Nederland in het Caribisch gebied zijn – wordt het heter en droger. Het wordt er heter en droger. De kans op zwaardere orkanen nemen vooral op de laatste twee eilanden sterk toe.
Wil je op de hoogte blijven van nieuwe analyses en opiniestukken, podcasts, boekentips en nieuws schrijf je dan in voor de tweewekelijkse nieuwsbrief.